Kortom, wat kunnen we met de huidige regels?
Er spelen daarbij vele discussies en ontwikkelingen:
- Hoe is formeel de relatie tussen corporaties, gemeenten en huurders veranderd en hoe moeten de partijen daarop inspelen?
- Hoe kunnen prestatieafspraken effectiever worden ingezet?
- Minder taken voor woningcorporaties, meer kansen voor beleggers, ontwikkelaars en aannemers?
- Hoe kan het interne toezicht worden afgestemd op de huidige regels?
- Wat zijn de risico’s met derivaten nog en wat betekenen de nieuwe treasurybepalingen?
- Kunnen woningcorporaties failliet gaan?
- Hoe zit het met de aanbestedingsplicht van corporaties nu er nóg strenger toezicht en nog meer dwingende regelgeving is? Dreigt een negatieve rechterlijke uitspraak?
- Op welke fronten hebben corporaties met staatssteun te maken? Houdt het op bij overtreding van de regels voor niet-DAEB met terugdraaien van compensatie of is er meer aan de hand?
- Wat is de speelruimte van de corporatie bij de inkomensgrens (scheef wonen en de passendheidstoets)? Hoe wordt de doelgroep met de nieuwe wet ingevuld?
- Wat zijn de effecten voor de governance? En de aansprakelijkheid van bestuurders en commissarissen?
- Hoe zit het met de regionale aanpak bij woningcorporaties nu de Herzieningswet uitgaat van het lokale volkshuisvestingbelang?
- Welke veranderingen brengt de Herzieningswet nog verder met zich mee en zijn er weer nieuwe discussies te verwachten na de binnenkort te verwachten evaluatie?
- Wat betekent de wetswijziging voor de doelgroepen die niet bij de kerntaak van woningcorporaties behoren, zoals middengroepen en hogere inkomens? Is er nog een taak voor woningcorporaties, of zijn het andere instellingen of bedrijven die hier oplossingen moeten bieden?
- Mogen gemeenten eigenlijk zelf voorzieningen in het belang van de volkshuisvesting treffen als woningcorporaties achterblijven?
- Hoe kan het overzicht worden gekregen over al deze aspecten?