Donner schrijft dit half juli in een brief aan de Tweede Kamer. Door diverse politieke partijen, de koepel van studentenhuisvesters Kences en de Woonbond, wordt al jarenlang aangedrongen op de invoering van huurtoeslag voor onzelfstandige studentenhuisvesting. Daardoor wordt het voor woningcorporaties aantrekkelijker om rendabel te investeren in de bouw van studentenwoningen. Nu lijden ze daar forse verliezen op. Maar minister Donner volhardt in zijn weigering. ‘Nog afgezien van het feit dat de financiële dekking hiervoor ontbreekt, ben ik van mening dat de studenten vooral gehuisvest zouden moeten worden in goedkopere woningen waarvoor huurtoeslag niet nodig is’, aldus Donner in zijn brief.
Donner erkent dat er forse knelpunten zijn bij de bouw van studentenkamers, vooral op het gebied van financiering en (bouw)regelgeving. Hij kondigt aan, samen met betrokken partijen, in het najaar met een actieplan te komen om deze knelpunten aan te pakken. Onderdeel van dit actieplan zijn in ieder geval het opzetten van een monitor ‘vraag en aanbod studentenhuisvesting’ en het bouwprogramma. Met name Amsterdam, Den Haag en Utrecht hebben ambitieuze plannen. Amsterdam wil de komende jaren 9.000 studentenkamers bouwen, Den Haag 3.000 en Utrecht 2.200.
Achilleshiel
Donners brief heeft tot kritische reacties geleid. Zo noemt professor Hugo Priemus in het Financieele Dagblad van 30 juli studentenhuisvesting ‘de achilleshiel van de kenniseconomie’. ‘Er is alle reden om dit proces nauwkeurig te volgen: er zijn nog onvoldoende signalen dat het met de studentenhuisvesting wel goed komt’, schrijft Priemus.
Bron: de Woonbond