De hoogleraren hebben hun visie opgetekend in het rapport ‘Wonen 6.0: Over de toekomst van de sociale huisvesting in Nederland’. Ze presenteren daarin een aantal kernpunten waarmee corporaties hun positie en werkwijze kunnen verbeteren. Ook geven ze de minister handvatten voor aanpassingen in het beleid richting de corporaties. De hoogleraren geven aan dat corporaties kampen met een groot legitimiteitsprobleem dat om een oplossing vraagt. Wel vinden ze dat recente problemen als tekortschietende efficiency, onvoldoende toezicht en fraudezaken niet moeten leiden tot het marginaliseren van de sociale huisvestingssector. De eerste aanbeveling in het rapport is dat corporaties terug moeten naar hun sociale kerntaak: het zorgen voor betaalbare, goede, energiezuinige huurwoningen. Met commerciële activiteiten zouden ze moeten stoppen. De door de minister voorgestelde administratieve en juridische splitsing van commerciële en niet-commerciële activiteiten vinden ze riskant en onnodig ingewikkeld. De hoogleraren stellen als alternatief voor om corporaties de mogelijkheid te geven een klein deel van de huurwoningen in de marktsector te verhuren als onderdeel van hun kernbedrijf. Daarnaast pleiten de hoogleraren voor een sterke en onafhankelijke toezichthouder, daarmee afwijkend van het voorstel van minister Blok voor ministerieel toezicht.
Tot slot vinden de hoogleraren dat huurders meer recht op zelforganisatie en zelfbeschikking moeten krijgen, waardoor ze meer een eigenaarsrol krijgen. Huurders zouden zelfbeheer op complexniveau op zich kunnen nemen en meer invloed moeten krijgen op het beleid van de corporaties.
Hoogleraren volkshuisvesting brengen advies uit over toekomst corporaties
Gepubliceerd op:
22 Oktober 2014