Natuurlijk zijn er kwaliteitsverschillen tussen de sectoren maar niet met een factor tien. De schuldpositie per marktsectorwoning op termijn is nog slechter omdat gemiddeld de helft aflossingsvrij gefinancierd is, terwijl woningcorporaties keurig tot nul aflossen. Het kabinetsbeleid van huurstijgingen van 5% plus de 25 punten opwaardering van het woningwaarderingstelsel zorgen ervoor dat de vrije huurstroom in het komende decennium fors toeneemt: de woningcorporatie krijgt veel meer vrije kasstroom.
De positie op de kapitaalmarkt van de woningcorporatie wordt dus riant, mede doordat het onderpand, de sociale huurwoning, nog immer tegen lage bedrijfswaarde in de boeken staat. De schuldenaar in de marktsectorwoning daarentegen gaat gebukt onder hogere rentetarieven en veel slechtere (her)financieringsvoorwaarden, plus een afwaardering in de vermogenssfeer omdat het onderpand in waarde daalt. Voegen we daarbij de sluipende fiscale inperking van de hypotheekaftrek, en het beeld is duidelijk: de marktsectorwoningbouw is in zijn financieringsstructuur vrijwel lamgeslagen.
Ir René Strijland, stedenbouwkundige en projectontwikkelaar in ruste.
Bron: FDselections