Ruim 40 woonstichtingen hebben bij de Raad van State bezwaar gemaakt tegen subsidies voor zogenoemde Vogelaarwijken. De woonstichtingen werden in 2008 door het toenmalige kabinet Balkenende gedwongen om financieel bij te dragen aan het verbeteren van 40 achterstandswijken verspreid over het hele land.
De woonstichtingen hebben samen een subsidiepot gevormd. Daaruit werden woonstichtingen die actief zijn in de achterstandswijken betaald om verbeterprojecten te starten. Over die heffingen loopt nog een procedure bij de Europese Commissie. De klagende woonstichtingen vinden dat de regeling in strijd is met Europese regels. Ze vinden het ook onredelijk dat de woonstichtingen die de verbeterprojecten gingen uitvoeren, zelf geen heffing moesten betalen. Bovendien bleken die woonstichtingen de subsidie soms niet eens nodig te hebben, omdat ze al voldoende eigen vermogen hebben.
De directies van de woonstichtingen zeggen niet te willen meebetalen aan projecten die weinig te maken hebben met de taak van de woningcorporaties. De Raad van State buigt zich nu over de besluiten van het Centraal Fonds Volkshuisvesting, die de subsidies voor het opknappen van de Vogelaarwijken verdeelde. Volgens dit fonds mogen de klagende woningstichtingen zich niet bemoeien met de besteding van hun geld. Burgers die belasting betalen kunnen dat ook niet als de overheid subsidies verdeelt. De Utrechtse rechtbank gaf het fonds eerder gelijk. De woningstichtingen lieten het er echter niet bij zitten en stapten naar de Raad van State voor een hoger beroep. Ze vinden de opstelling van het fonds uiterst onredelijk en juridisch onjuist.
Bron: West-Friesland Dichtbij